In de zomer van 1964 richtten Erwin Vollmer en Johanna Schmidt het Bentheimer Kamerkoor op. De eerste repetitie vond plaats in de woonkamer van Vollmer in oktober 1964, wat het koor de humoristische naam “Kamerkoor” opleverde. Vanwege groei verhuisde het koor al snel naar het muzieklokaal van de protestantse basisschool. Het eerste openbare optreden in september 1965 werd positief ontvangen. In 1970 voerde het koor de “Krönungsmesse” van Mozart uit.
In 1971 nam Jürgen Harbort de leiding van het koor over. In 1982 werd het koor officieel een vereniging. Willy Veen nam het over in 1984 en vierde het 20-jarig jubileum met de “Mariazeller Messe” van Haydn. Jürgen Maag werd dirigent in 1988. Hij voerde Bachs “Weihnachtsoratorium” uit en ging een samenwerking aan met het Ochtrup Vocaal Ensemble. In 1989 vond het 25-jarig jubileumconcert plaats.
Thomas Lischik intensiveerde de samenwerking met Ochtrup vanaf 1990. Hoogtepunten waren het Mozart festivalconcert in 1991 en Händels “Messiah” in 1992. Voor het 30-jarig jubileum voerde het koor Rossini’s “Petite Messe Solennelle” uit. Tilo Lehmann dirigeerde het koor van 2002 tot 2008. Hij vestigde een traditie met Bachs “Weihnachtsoratorium” en vierde het 40-jarig jubileum met Haydns “Jahreszeiten”. In 2009 nam Elmar Sebastian Koch de leiding over als dirigent. Hij voerde zelden uitgevoerde werken uit zoals het “Weihnachtsoratorium” van Graun en de “Messa di Gloria” van Puccini. Het gouden jubileum in 2014 werd gevierd met “Carmina Burana” van Carl Orff. Vanaf 2022 dirigeert Iassen Raykov het koor.
Meer informatie over de geschiedenis van het koor
Het begin van het koor in 1964 en de eerste jaren
Toen Erwin Vollmer – toen muziekleraar aan de middelbare school in Bentheim – en Johanna Schmidt – sinds haar jeugd actief in koormuziek – in de zomer van 1964 begonnen rond te vragen wie er met hen in een informele groep stukken voor gemengd koor wilde instuderen, hadden de twee geen idee dat ze de basis legden voor wat later het Bentheimer Kamerkoor zou worden.
Volgens de kronieken kwam de eerste groep met gemengde stemmen in oktober 1964 samen in de woonkamer van Vollmer. De humoristische term moet toen bedacht zijn: Ze waren het “kamerkoor” van Bentheim vanwege de kleine ruimte die ze nodig hadden in één kamer. De kleine ruimte moest al snel worden verlaten ten gunste van een grotere oefenruimte. Toen het aantal zangers gestaag toenam, werden de kooravonden verplaatst naar het muzieklokaal van de protestantse basisschool (nu de middelbare school).
Het koor maakte zijn eerste openbare optreden in september 1965 ter gelegenheid van een samenwerkingsbijeenkomst met Assen en kreeg zeer lovende kritieken voor de uitvoering van liederen uit vier eeuwen. Deze programmastructuur bleef hetzelfde voor alle concerten tot 1970, toen het koor zijn eerste grote werk uitvoerde met begeleiding van een extern orkest: Mozart’s “Kroningsmis” was ongetwijfeld het hoogtepunt van het koorwerk tot dan toe.
Oprichting als vereniging en 25e verjaardag
Erwin Vollmer nam in 1971 een muziekschool in het Westerwald over en zijn opvolger als directeur van het kamerkoor was Jürgen Harbort. Volgens de kroniek was zijn motto: “Wie rust, roest!”. Naast regelmatige deelname aan de Europese Dagen en het zingen van adventsliederen, gaf het koor afwisselend wereldlijke en geestelijke concerten in het kader van de jaarlijkse Duits-Nederlandse kuurdagen. Een van de hoogtepunten in deze reeks was de “Harmoniemesse” van Joseph Haydn in Bardel in 1974 ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van het koor.
Vanwege de omvangrijke financiële transacties tijdens de concerten gaf het koor zichzelf in 1982 een grondwet en werd het een geregistreerde vereniging. In 1984 volgde Willy Veen Jürgen Harbort op en vierde zijn debuut met de 20e verjaardag van het koor. Hoogtepunten uit zijn tijd waren de uitvoering van Haydns “Mariazell Mass” in 1986 en een Brahms-concert in 1987.
Na zijn pensionering in 1988 werd Jürgen Maag benoemd tot koordirigent. Hij introduceerde zichzelf met het Weihnachtsoratorium van Johann Sebastian Bach en legde de basis voor een jarenlange vruchtbare samenwerking met het Ochtrup Vocaal Ensemble. Het 25-jarig jubileumconcert van het koor in 1989 vond onder zijn leiding plaats in het Kursaal. In zijn toespraak bij deze gelegenheid vatte toenmalig bestuursvoorzitter Hans Baumann de ontwikkelingsgeschiedenis van het koor samen met de woorden: “…van kamerkoor tot groot koor!”.
Het koor voor grote werken
Jürgen Maag, die in 1990 in Heidelberg werd aangesteld, werd opgevolgd door Thomas Lischik, die de samenwerking met Ochtrup uitbreidde en verdiepte. Voorbeelden van deze succesvolle samenwerking zijn het Mozart Festival Concert in 1991 en Händels “Messiah” in 1992. Na het mede-organiseren van het traditionele Bad Bentheim Nieuwjaarsconcert in 1994, voerde het koor Rossini’s “Petite Messe Solennelle” uit voor zijn 30e verjaardag.
In het vierde decennium van het bestaan van het koor waren er meerdaagse reizen naar de Rheingau, de Elzas, Mecklenburg en Praag met verschillende optredens op de respectievelijke locaties.
Thomas Lischik beëindigde zijn dirigentencarrière in 2001 met “Ein deutsches Requiem” van Johannes Brahms.
Tilo Lehmann was dirigent van het Bentheimer Kamerkoor van 2002 tot maart 2008. Hij begon zijn concertactiviteiten in Bad Bentheim met het Weihnachtsoratorium van Johann Sebastian Bach, dat hij tot een bijna jaarlijkse traditie maakte en in de vijf jaar van zijn ambtstermijn vier keer in verschillende cantatebewerkingen dirigeerde. In zijn tijd vond ook het 40-jarig jubileumconcert van het koor plaats, dat gevierd werd met de “Seizoenen” van Joseph Haydn in het Kurhaus Bad Bentheim.
Een koorreis naar Dresden en Leipzig vond plaats in 2005.
Het laatste concert met Tilo Lehmann was het nieuwjaarsconcert van de stad Bad Bentheim in januari 2008, dat het Bentheimer Kamerkoor opnieuw hielp organiseren.
Tilo Lehmann verliet het Bentheimer Kamerkoor eind maart 2008.
De huidige
Daarna, “de oude man was de nieuwe man”, nam Thomas Lischik het roer weer over als dirigent tot maart 2009 en bekroonde hij zijn twaalfde jaar bij het Bentheimer Kamerkoor met twee uitvoeringen van de Johannes Passion van Johann Sebastian Bach. Als erkenning voor zijn grote verdiensten voor het koor werd Thomas Lischik erelid van het Bentheimer Kamerkoor.
In april 2009 nam Elmar Sebastian Koch de leiding van het koor over met als doel de creatieve mogelijkheden van het koor verder uit te breiden.
Met zijn eerste concertprogramma, het “Weihnachtsoratorium” van Carl Heinrich Graun, was het al duidelijk dat Elmar Sebastian Koch hiervoor bewust minder vaak uitgevoerde werken zou kiezen om het koor in staat te stellen zijn zangkwaliteiten naar wens te ontwikkelen, maar ook om het publiek minder bekende muzikale schatten te presenteren.
Klassiekers zoals de beroemde Requiems van Wolfgang Amadeus Mozart en Johannes Brahms of eenvoudige a capella concerten werden uitgevoerd onder de artistieke leiding van Elmar Sebastian Koch, evenals concerten die ongebruikelijker waren voor de regio, zoals de “Messa di Gloria” van Giacomo Puccini in december 2010, twee werken van Marc-Antoine Charpentier twee jaar later en het “Stabat Mater” van Gioachino Rossini, dat werd uitgevoerd in maart 2014.
Met de “Carmina Burana” van Carl Orff dirigeerde Elmar Sebastian Koch in oktober 2014 een gedenkwaardig jubileumconcert in het gouden jubileumjaar van het koor, dat zowel voor luisteraars als deelnemers een onvergetelijke ervaring was.